Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En ik bid u, broeders, neemt acht op [37]degenen, die tweedracht en ergernissen aanrichten tegen de leer, die gij [van ons] geleerd hebt; en wijkt af van dezelve. 37. Hij verstaat door dezulken zo andere ketters als degenen, die, den Christelijken godsdienst aangenomen hebbende, leerden dat de ceremonien der wet nog noodzakelijk moesten onderhouden worden ter zaligheid. Zie Gal.1:7; Fillip.3:2; 1 Tim.4:1; 2 Tim.3:1, enz.; Titus 3:10.